Uit De Volkskrant van 16 juni 1994

Let op: Ongecorrigeerde kopij, wijkt af van gedrukte versie.

Onder de werktitel `Digitale Burgerrechten' wordt vanavond in Amsterdam een organisatie opgericht die zich gaat inzetten voor het maatschappelijk verantwoord gebruik van technologie. Directe aanleiding voor de oprichting vormen enkele omstreden wetsvoorstellen die de afgelopen maanden zijn opgesteld, zoals het verbod op het toepassen van cryptografie en het publiekelijk uitlenen van digitale informatie via openbare bibliotheken. Beide wettelijke maatregelen zijn ingegeven door deelbelangen, respectievelijk van justitie en de audio-visuele industrie, die op gespannen voet staan met het algemeen belang.

Overigens is het door Justitie voorgestelde verbod op cryptografie, een methode om elektronische communicatie onafluisterbaar te maken, officieel ingetrokken nadat door het uitlekken van de plannen een golf van protest op gang kwam. Betrouwbare bronnen wijzen er echter op dat Justitie nog steeds van zins is een dergelijk verbod in te voeren omdat het wegvallen van de afluistermogelijkheden een bedreiging zou vormen voor het werk van opsporingsdiensten.

Het toepassen van cryptografie is onder andere mogelijk bij het nieuwe mobiele GSM-telefoonnet dat per 1 juli in gebruik wordt genomen. In tegenstelling tot het huidige autotelefoonverkeer kan Justitie via GSM gevoerde gesprekken niet ongelimiteerd afluisteren. Een verbod op cryptografie betekent echter ook een ernstige schending van de privacy van burgers.

Volgens de Amsterdamse publicist Marcel Bullinga is het dringend noodzakelijk dat er een groep komt die onderzoekt wat de gevolgen zijn van maatregelen op technologisch gebied en hoe de nieuwe communicatietechnieken zo democratisch mogelijk ingezet kunnen worden. `Het datacommunicatieproject De Digitale Stad heeft mij de ogen geopend. Communicatie en informatieverstrekking met behulp van computers, zoals via Internet, zal de komende jaren een enorme vlucht nemen. Tegelijkertijd weet echter vrijwel niemand wat de gevolgen daarvan zijn. Het resultaat is dat er maatregelen genomen worden die regelrecht indruisen tegen de belangen van de gewone burger.'

De organisatie stelt zich ten doel een zo breed mogelijk platform te vormen waarin niet alleen particulieren maar ook belangengroepen verenigd worden. `Hoe breder, hoe beter. We willen er bijvoorbeeld ook graag werkgeversorganisatie als het VNO bij betrekken omdat zij in het verleden bewezen hebben oog te hebben voor deze materie. Daarnaast willen we zoveel mogelijk deskundigheid bundelen.'

In de Verenigde Staten is al langere tijd met succes een soortgelijke organisatie actief onder de naam Electronic Frontier Foundation, opgericht door onder meer de ontwikkelaar van Lotus 1-2-3, het meest gebruikte boekhoudprogramma ter wereld. Bullinga en de zijnen maken gebruik van de blauwdrukken die de EFF heeft opgesteld voor het opzetten van zusterorganisaties.

De EFF voert in de Verenigde Staten actie tegen de maatregelen die de regering daar wil nemen om cryptografie tegen te gaan. Daarnaast volgt de organisatie nauwgezet de plannen voor de information super highway. De structuur van die informatiesnelweg dreigt anders volledig bepaald te worden door technici en een kleine groep belanghebbenden. De EFF vreest dat daardoor fundamentele democratische waarden, zoals het recht op informatie, worden ondergraven. Ze pleit onder het motto `Cyber Rights Now' voor volledige toegang tot dergelijke geavanceerdere voorzieningen voor iedere burger. De wereld van de elektronische communicatie, oftewel cyberspace, moet volgens de EFF net zo open net vrij zijn als de rest van de samenleving. Een van de omstreden punten is bijvoorbeeld dat een uitgever het auteursrecht heeft weten te verwerven voor de elektronische publikatie van wetteksten. In gedrukte vorm zijn de teksten echter vrij van rechten. In Nederland spelen soortgelijke problemen. En die zullen volgens Bullinga de komende jaren alleen maar toenemen.

Francisco van Jole